Medina

De meeste mensen die op Umrah en Hajj gaan brengen ook een bezoekje naar de stad waar onze geliefde profeet Mohamed (SAW) ligt begraven.

Onderstaande plekken worden dan bezocht:

Masjid Nabawi

Het bezoeken van al-Masjid al-Nabawi is een handeling die Sunnah is; het is geen verplichte handeling en heeft niets met de Hadj te maken, noch is het een handeling die vereist is om de Hadj te voltooien. Alle ahadith die zeggen dat het aan de Hadj verbonden is of dat het bezoeken van het graf van de Profeet (sallAllahu 'alayhi wa salaam) aan de Hadj verbonden is, zijn gefabriceerd en vals. De intentie van degene die naar Medina reist om de Moskee te bezoeken en erin te bidden, is acceptabel en zijn inspanningen zullen beloond worden.

Gebeden die in de Moskee van Medina verricht worden, brengen een veelvoudige beloning met zich mee. Dit geldt zowel voor verplichte gebeden als naafil gebeden volgens de meest correcte mening van de twee meningen onder de geleerden. De Profeet (sallAllahu 'alayhi wa salaam) heeft gezegd: "Eén gebed in deze Moskee van mij is beter dan duizend gebeden die ergens anders verricht worden, op al-Masjid al-Haraam na." Overgeleverd door al-Bukhaari, 1190; Muslim, 1394.

Rawda

Het is voorgeschreven voor degene die al-Masjid al-Nabawi wil bezoeken, om twee rak'ahs in de Rawdah te bidden of een ander vrijwillig gebed naar keuze, omdat het bewezen is dat er deugd in deze daad zit.

Het is overgeleverd van Abu Hurayrah dat de Profeet (sallAllahu 'alayhi wa salaam) zei: "Het gebied tussen mijn huis en mijn minbar is één van de tuinen (riyaad, ev. rawdah) van het Paradijs en mijn minbar bevindt zich op mijn waterbassin (hawd)." Overgeleverd door al-Bukhaari, 1196; Muslim, 1391.

De manier waarop het graf van de Profeet (sallAllahu 'alayhi wa salaam) bezocht zou moeten worden, is dat de bezoeker naar het graf gaat, zich er naartoe richt en zegt:
السلام عليك يا رسول الله
"Al-salaamu 'alayka ya Rasul-Allah" (Vrede zij met jou, O Boodschapper van Allah).

Dan gaat hij ongeveer een meter naar rechts en zegt salaam tegen Abu Bakr door te zeggen:
السلام عليك يا أبا بكر
"Al-salaamu 'alayka ya Aba Bakr".

Dan gaat hij nog iets naar rechts, ongeveer een meter, en zegt salaam tegen 'Umar ibn al-Khattab door te zeggen:
السلام عليك يا عمر
"Al-salaamu 'alayka ya 'Umar."

Masjid Quba

Het is voorgeschreven voor de bezoeker van Medina en voor degene die er woont om naar de Moskee van Quba' te gaan en daar te bidden, naar het voorbeeld van de Profeet (sallAllahu 'alayhi wa salaam) en zoekend naar de beloning voor 'Umrah. Het is overgeleverd dat Sahl ibn Hanif zei: "De Boodschapper van Allah (sallAllahu 'alayhi wa salaam) heeft gezegd: 'Degene die reist totdat hij bij deze moskee komt (hier wordt de Moskee van Quba' mee bedoeld) en hier bidt; dat zal gelijk aan 'Umrah zijn.'" Overgeleverd door Ahmad, 3/437; al-Nasaa'i, 699; geclassificeerd als sahih door al-Albaani in Sahih al-Targhib, 1180-1181.

Volgens Ibn Maajah: "Degene die zich in zijn huis reinigt, dan naar de Moskee van Quba' komt en daar bidt, zal de beloning van 'Umrah krijgen." Overgelverd door Ibn Maajah, 1412.

In al-Sahihayn is overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (sallAllahu 'alayhi wa salaam) elke zaterdag lopend of rijdend naar de moskee van Quba' ging en hij bad daar twee rak'ahs. Overgeleverd door al-Bukhaari, 1191; Muslim, 1399.

Jabal Uhud

Dit is de plek waar de Slag van Uhud is geweest. 

De Slag bij Uhud is de tweede grote veldslag tussen moslims en Mekkanen op 23 maart 625 (6 Shawal 3 AH) bij de berg Uhud nabij Medina. De Mekkanen worden beschouwd als de winnaar van de slag.

De Mekkanen wilden wraak nemen op Mohammed en de moslims na de verloren Slag bij Badr. In plaats van een rechtstreekse aanval op Medina bleven de Mekkanen onder leiding van Aboe Sufyan bij de berg Uhud in de hoop dat de moslims hen wilden treffen.

Uiteindelijk trok een 1000-koppig moslimleger op 23 maart 625 ten aanval tegen een legermacht van 3000 Mekkanen. Volgens de overleveringen maakten de boogschutters een tactische fout door van positie te veranderen, hoewel Mohammed hen dat expliciet verboden had. De moslims verloren daardoor hun rugdekking omdat een groep Mekkanen onder leiding van Khalid ibn Walid hen vanuit hun rug kon aanvallen. Khalid ibn Walid was namelijk met zijn mannen om een kleine heuvel gereden. Zeventig moslims verloren het leven, maar de Mekkanen zetten hun aanval niet door, waardoor de slag niet geheel beslist werd.

Begraafplaats Baqi' al-Gharqad

Het is voorgeschreven voor mannen die Medina bezoeken om de mensen te bezoeken die in Baqi' al-Gharqad begraven zijn en de martelaren van Uhud, om salaams over hen te zenden en du'a voor hen te verrichten. Het is overgeleverd dat Buraydah (radiAllahu 'anhu) zei: "De Boodschapper van Allah (sallAllahu 'alayhi wa salaam) leerde hun om het volgende te zeggen wanneer ze naar de begraafplaatsen gingen:

السلام عليكم أهل الديار من المؤمنين والمسلمين ، وإنا إن شاء الله بكم لاحقون ، نسأل الله لنا ولكم العافية

"Al-salaamu 'alaykum ahl al-diyaar min al-muminin wa'l-muslimin, wa inna in sha Allah bikum lahiqun. Nas'al Allah lana wa lakum al-'afiyah."

(Vrede zij met jullie, o inwoners van deze verblijfplaatsen, gelovigen en moslims. Wij zullen, als Allah het wil, jullie vergezellen. We vragen Allah om aan ons en aan jullie verlossing te schenken),